-
1 onroerende goederen
onroerende goederenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > onroerende goederen
-
2 onroerende goederen
n. immovables -
3 goederen
♦voorbeelden:1 een partij goederen • a consignment of goods/merchandisegoederen laden/lossen • load/unload goodsroerende goederen • personal property/effects -
4 immovable property
onroerende goederen -
5 real estate business
onroerende goederen zaak (overdracht van eigendom van onroerende goederen) -
6 property squad
onroerende goederen afdeling (politieafdeling die zich bezig houdt met gestolen goederen of verloren voorwerpen) -
7 properties division
onroerende goederen afdeling -
8 bien
bien1 [bjẽ]〈m.〉1 weldaad ⇒ (het) goede, welzijn, welvaart2 bezit(ting) ⇒ vermogen, goed♦voorbeelden:1 un homme de bien • een fatsoenlijk, integer manle bien commun, général, public • het algemeen welzijngrand bien vous fasse! • wel bekome het u!le souverain bien, le bien suprême • het opperste goed, gelukdire du bien de qn., parler en bien de qn. • gunstig over iemand sprekenc'est un bien • dat is een gelukfaire le bien • goed doen, charitatief zijnce voyage lui fait beaucoup de bien • die reis doet hem heel goedcela fait du bien • dat doet een mens goedprendre son bien où on le trouve • je toe-eigenen wat van je gading isvouloir le bien de qn. • het beste met iemand voorhebbenmener qc. à bien • iets tot een goed einde brengenchanger qc. en bien • iets ten goede veranderenen tout bien tout honneur • in alle eer en deugdpour son bien • voor zijn eigen bestwil2 biens de consommation • verbruiksgoederen, consumptiegoederenbiens de famille • familiebezitbiens vacants • onbeheerde goederenavoir du bien • vermogend zijnavoir des biens au soleil • onroerende goederen, land bezitten————————bien2 [bjẽ]〈bijwoord; ook bijvoeglijk naamwoord, tussenwerpsel〉1 goed ⇒ wel, mooi, fatsoenlijk2 zeer ⇒ veel, erg4 werkelijk ⇒ echt, zeer zeker5 〈 als uitroep〉wel! ⇒ welnu!♦voorbeelden:1 avoir l'air bien • er goed, mooi uitzienun homme bien • een betrouwbaar manun type bien • een aardige ventse conduire bien • zich netjes gedragenêtre bien avec qn. • goed met iemand kunnen opschietenfaire bien • juist handelen, goed passen, goed staanfaire bien (de) • er goed aan doen (om)ça fait bien de parler anglais • het staat goed als je Engels spreektc'est bien fait! • net goed!c'est bien fait pour lui! • dat is z'n verdiende loon!on mange bien ici • je kunt hier lekker etennous sommes bien ici • we voelen ons hier lekkerça va bien? • gaat het goed?〈 schertsend〉 nous voilà bien! • nou zitten we mooi in de puree!tant bien que mal • zo goed en zo kwaad als het gaatni bien ni mal • tamelijk goed2 bien blanc • helemaal wit, spierwitelle est bien jeune pour voyager seule • ze is wel heel jong om alleen te reizenbien sûr • natuurlijkbien souvent • heel vaakbien d' autres • vele anderenil en a vu bien d' autres • hij heeft heel wat meegemaakt〈 België〉 assez bien de • heel wat, veelbien de, bien des • heel wat, (heel) veeldepuis bien des années • sinds vele jarenil part bien demain? • hij vertrekt toch morgen?5 il le fait bien, pourquoi pas moi? • hij doet het toch ook, waarom ik dan niet?j'irais bien avec vous • ik zou wel met u mee willennous verrons bien • we zullen wel zienvouloir bien • wel willenou bien • ofweleh bien! • welnu!si bien que • zodat1. m1) (het) goede, welzijn2) bezit(ting), vermogen2. adj, advgoed, mooi, fatsoenlijk3. adv1) zeer, veel, erg2) heel veel, ruimschoots3) werkelijk, echt4. bien queconj5. interj -
9 broker
n. makelaar; handelaar in tweedehandsartikelen--------v. optreden als makelaar of bemiddelaar; kopen en verkopen van onroerende goederen voor anderenbroker1[ brookə] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————broker2II 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
10 gazump
v. ergens te prijs van doen steigen (meestal onroerende goederen) nadat al over een prijs was overeengekomen; overvragen; stelen; een onredelijke prijs vragengazump11 oplichting ⇒ oplichterij 〈 voornamelijk door prijs van huis te verhogen na bod aanvaard te hebben〉————————gazump2〈werkwoord; vaak passief〉 〈Brits-Engels; slang〉 -
11 real property
-
12 real
adj. echt; waar; reëel, werkelijk--------adv. waarlijk, echt, werkelijk--------n. munteenheid in Brazilië (is 100 centavos waard)--------n. realiteit; waarheid, werkelijkheidreal1[ riəl, rie:l] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:¶ 〈Amerikaans-Engels; informeel〉 for real • in werkelijkheid, echt, gemeend————————real2〈bijvoeglijk naamwoord; realness〉1 echt ⇒ werkelijk, onvervalst♦voorbeelden:he is the real boss here • hij is hier de eigenlijke baas¶ in real terms • in concrete termen, in de praktijk————————real3♦voorbeelden:1 that's real good, man! • dat is echt tof, kerel! -
13 source of income
inkomstenbron (manier waarop men de kost verdient, meestal werkplaats of rente v. onroerende goederen) -
14 classifieds
n. advertenties "gevraagd" en reclame in krant verschijnend volgens verschillende categorieën (zoals auto's, onroerende goederen, arbeidsaanbod, enz.) -
15 debentures
n. obligaties niet beveiligd door specifieke onroerende goederen gebaseerd op geloof en krediet -
16 land agency
agentschap in onroerende goederen -
17 land dealer
handelaar in onroerende goederen (iem. die grond koopt en verkoopt) -
18 land dispute
geschil over onroerende goederen/gronden -
19 land laws
wetten over onroerende goederen -
20 land leasing fees
pachtgeld (betaling voor gebruiksrechten van onroerende goederen voor een langdurige periode)
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Cobouw — Erste Ausgabe vom 1. Juni 1857, damals unter dem Titel Advertentieblad voor verkoopingen van roerende en onroerende goederen. Cobouw ist eine niederländische überregionale Tageszeitung. Die Zeitung erscheint montags bis samstags im Tabloid Format … Deutsch Wikipedia
Bewegliche Sache — Der alte Begriff der Fahrnis bezeichnet bewegliche Sachen, im Gegensatz zu den unbeweglichen Sachen (Immobilien). In älteren Texten werden die Wörter farnis, farnus, varnde, fliegende oder rührende habe, varende oder roerende goedern verwendet im … Deutsch Wikipedia
Bewegliches Gut — Der alte Begriff der Fahrnis bezeichnet bewegliche Sachen, im Gegensatz zu den unbeweglichen Sachen (Immobilien). In älteren Texten werden die Wörter farnis, farnus, varnde, fliegende oder rührende habe, varende oder roerende goedern verwendet im … Deutsch Wikipedia
Fahrnis — Der alte Begriff der Fahrnis bezeichnet bewegliche Sachen, im Gegensatz zu den unbeweglichen Sachen (Immobilien). Fahrnisrecht bezeichnet das Sachenrecht der beweglichen Sachen im Gegensatz zum Liegenschaftsrecht. Fahrnisvollstreckung bezeichnet… … Deutsch Wikipedia
Mobiliarsachen — Der alte Begriff der Fahrnis bezeichnet bewegliche Sachen, im Gegensatz zu den unbeweglichen Sachen (Immobilien). In älteren Texten werden die Wörter farnis, farnus, varnde, fliegende oder rührende habe, varende oder roerende goedern verwendet im … Deutsch Wikipedia
Mobilie — Der alte Begriff der Fahrnis bezeichnet bewegliche Sachen, im Gegensatz zu den unbeweglichen Sachen (Immobilien). In älteren Texten werden die Wörter farnis, farnus, varnde, fliegende oder rührende habe, varende oder roerende goedern verwendet im … Deutsch Wikipedia
Mobilien — Der alte Begriff der Fahrnis bezeichnet bewegliche Sachen, im Gegensatz zu den unbeweglichen Sachen (Immobilien). In älteren Texten werden die Wörter farnis, farnus, varnde, fliegende oder rührende habe, varende oder roerende goedern verwendet im … Deutsch Wikipedia
Belgisches Niederländisch — (Belgisch Nederlands) Gesprochen in Belgien Sprecher 6,4 Millionen Linguistische Klassifikation Indogermanische Sprachen Germanische Sprachen Westgermanische Sprachen … Deutsch Wikipedia